dinsdag 31 december 2013

Oscar

Oscar is op weg naar zijn moeder in Vlissingen.

Dat mag, dat is niet wettelijk verboden, ik heb er geen bezwaar tegen. En als je dan in de trein zit mag je ook gerust je moeder even bellen dat je er aan komt. En even melden dat je om 13.16 zult arriveren. Zelfs als je in een stiltecoupé zit. We kunnen nu eenmaal niet allemaal doorgewinterde reizigers zijn en ons subtiel gecultiveerd omgevingsbewustzijn inpluggen op de medebewoners van de treincoupé.

'Ik kom er aan hoor mams, ik heb alleen nu een slechter bereik want zodra je Rotterdam uit rijdt wordt dat minder. Buiten de randstad is dat zo. Tunnel mam, mam! Mams? Hoor je me nog?'

Bij slecht bereik gaat de gemiddelde Oscar een stuk luider praten. Maar hij weet ondanks de povere provinciale techniek af te spreken dat zijn mams hem ophaalt op het station van zijn Zeeuwse bestemming. Einde telefoongesprek.

Ik wist al een tijdje niet meer wat ik op mijn weblog moest schrijven, maar Oscar redt me.

Hij komt aan zijn accent horen uit Rotterdam - mijn tweede clue daaromtrent is dat hij aldaar de trein in stapt. Anna, Sherlock. Spoorzoekertje is het, onopvallend de herkomst van de medereiziger traceren. Toch woont zijn moeder er niet - die woont in Vlissingen, dat weet met mij iedereen in deze coupé inmiddels.

Ik schat Oscar een jaar of 55 en kijk schalks opzij, want ik ben dol op onaangepaste reizigers. Vragen waarom zijn moeder in Vlissingen woont doe ik niet. Eerst observeren. Grijzend, staartje, ietwat gezet. Leren jack.

[Mezelf kennende blijft het trouwens bij observeren. Laatst zat ik in de trein met iemand die een Googleglass droeg. De halve trein stortte zich op de jongen, die vol passie de Googleglass presenteerde als betrof het een fotocamera in 1882. De menigte bestookte hem met vragen. Ik observeerde het gesprek, maar mengde me er niet in, al vroeg ik me dringend af of hij wellicht gesponsord werd door mister Google himself. Niemand stelde die vraag, dus ik zal het nooit weten.]

Hij begint zich om te kleden. WTF! [mijn editor Abe vindt dat ik dit er uit moet halen, maar ik hou gewoon van de geschreven variant van 'grutjes!'] Oscar, die net zijn moeder heeft gewaarschuwd dat hij er aan komt, en die -heb ik in de gauwigheid geconcludeerd uit zijn kledingstijl- een alternativo is die motor rijdt en Orwell leest*, die zo luid telefoneert met zijn mams dat ook de vrouwen in het vierzitje voor me pruttelend beginnen te morren over de jeugd van tegenwoordig (!), begint zich om te kleden.

*(ik check ALTIJD de kaft van het boek, dat kan niet anders, en dat wordt een vreselijk gemis als de E-reader iedereen bereikt zal hebben)

Dat de vrouwen voor me morren zegt trouwens meer over de mevrouwen in kwestie dan over Oscar. Ja, hij is luid en onaangepast, maar dames, hij behoort zeker niet tot de jeugd van tegenwoordig en hoe oud zijn jullie dan wel niet en laat je universele liefde naar iedereen stromen ook naar je medereizigers ontspan ontspan ontspan denk liefde laat het gaaaaaaan zennnnn.

Maar laat ik het bij Oscar houden.

Ik kijk niet verder opzij dan mijn oogspieren me in hun subtiele lenigheid toestaan. Ik verrek mijn oogspieren vervolgens. Niet zozeer om Oscar in vol ornaat te kunnen zien dan wel halfnaakte mannen in de trein te begluren, maar omdat ik wil weten hoe ver hij gaat in een toch redelijk volle trein. Ik kan het niet zien en veins te lezen.

Dan begint het doordringend naar zweet te ruiken, en het gemor op de bankjes voor me wordt luider. Oscar! Als je je omkleedt in onze coupé, wees dan tenminste zo beleefd je 's morgens te douchen. Zijn mams heeft hem waarschijnlijk ook al eens aangesproken op zijn onhygiënisch gedrag - goed, om een enigszins patente indruk te maken is een fris T-shirt dan wel verstandig als je bij haar op de koffie gaat.

Opeens ruik ik iets bloemerigs. Dus toch consideratie met de coupégangers en even de deospray ter hand genomen? Houdt mams van een fris geurende zoon? Of zouden de vrouwen voor me afkeurend hun flesjes eau de parfum te voorschijn hebben getoverd?

Ik denk het laatste. Oscar is alweer aan het bellen. Met zijn vriendin dit keer. 'Ik heb lekker geslapen schatje, jij?'

Het blijft bij observeren. Oscar heeft geen tijd om met me te praten, en ik pieker er verder niet over hem aan te spreken. Ik schrijf een blogpost en doe verder alsof ik lees. Iedereen gaat zijns weegs en arriveert met de trein ter plaatse, ergens op het traject Rotterdam - Vlissingen. Naar ik aanneem kust Oscar zijn moeder om 13.17 en rijdt zij met hem naar haar huis.

vrijdag 13 december 2013

Aanstaand kerstconcert


Het koor repeteert voor een kerstconcert.

Ze zingt en fluistert en lacht -
en zal zenuwachtig zijn wanneer ze gaat optreden.
Soms kijken de zangers zo serieus
dat het publiek wel móet denken dat het een ernstige zaak is, dat zingen.

En dat is het ook.

'Put uit je emotionele bibliotheek', zegt de dirigent.
Natuurlijk, put daar uit - maar kun je dat
twintig lieflijke,
vrolijke,
gospelachtige,
verstilde en
ruimhartig warme kerstliederen lang?

'Focus', dringt de dirigent aan. 'Blijf gericht op wat je zingt
want daarmee raak je je publiek.'

Maar soms ben je al zingend gewoon even afgeleid.

Door een dingetje op het plafond. De boodschappen van morgen
en wat is ook weer het volgende nummer? Ik moet me concentreren,
en optreden is eng en zenuwslopend. Is dat mijn nicht, op de tweede rij?
En Jezus, hoe kom ik over als ik zingend op een podium sta?

Jezus, ja, het kind in de voederbak in vroeger Bethlehem
dat is waar ook

Het koor zingt ook zijn verhaal

[Soms gaat kerst meer over kerstlampjes dan over de geboortedag van een nogal wonderlijk verwekte zoon die blinden laat zien en al rondreizend andersoortige wonderen zal verrichten wanneer hij de babyleeftijd ver voorbij is - de man van het licht in de duisternis]

Maar licht is licht, nietwaar?






woensdag 4 december 2013

Tips van prutsers voor prutsers

Ik verklap het vast
Het past in je kast
In dit cadeau zit een boek
En het gedicht is verder zoek

Sint