zaterdag 28 september 2013

Boerenontmoeting


Gerrit, boer te Flevoland, doet aan biologische akker- en landbouw [ik pretendeer het verschil te weten, maar heb eigenlijk geen idee of er überhaupt een verschil is]. 

In zijn geval houdt het in dat hij door het jaar heen tien gewassen verbouwt op het land rond de boerderij, en de opbrengst van deze oogsten verkoopt aan handelaren die het weer doorverkopen aan de supermarkten en andere winkels.

Pompoenen, aardappelen, witlof-wortelen. Sjalotten, spinazie, kool - en zo meer.

Hij houdt er biologische principes op na en dat klinkt al met al behoorlijk 'bijbels', constateer ik terwijl ik naar hem luister: de aarde beheren en behouden voor de toekomst. De grond niet uitputten, de mens die zorg draagt voor de aarde waarvan en waarop zij leeft. Geen slechte bestrijdingsmiddelen. Lief zijn voor de bodem [Ho - nee, ik word niet gesponsord door de evangelische omroep en ga niet zodadelijk over God beginnen].

Maar naast 'Adam-en-Eva-ig', is het kortom milieu- & natuurverantwoord, en ik zou willen dat iedereen er zo over dacht. Weg met de ongezonde chemicaliën. Weg met het puur gaan voor het grootste, snelste en meest opbrengende, dikst winstgevende. Verder kijken dan je neus lang is. En de gemiddelde neus is één leven lang - terwijl de aarde liefst nog vele generaties van menselijke (en dieren-)neuzen mee moet. Kijk eens vierhonderd jaar terug, kijk tegelijk eens vierhonderd jaar vooruit, onze toekomst in.

Stads als ik ben fascineert Gerrits boerenbedrijf me mateloos. Hij vertelt er bevlogen over. Mijn kennis van het boerenleven stamt uit familieverhalen van twee a drie generaties terug -ik mag dan tegenwoordig Amsterdammer zijn, er zijn wel degelijk boeren-roots, ergens- al is het de vraag of je die brokjes informatie op enigerlei wijze als agrarische knowhow zou kunnen presenteren. Verder heb ik net als de rest van Nederland mijn schamele kennis over boerenleven en De Boer uit onvolprezen pimp-my-farm-televisie a.k.a. Boer zoekt Vrouw.

[En wat leer je uit Boer Zoekt Vrouw? Daar leer je dat boeren onbeholpen mensen zijn met een voorliefde voor vaste tijden om koffie te drinken en dat ze met veel liefde uit soepborden oma's groentensoep met ballen lepelen als het lunchtijd is. Plus dat de communicatie over ingewikkelde emoties vrij stroef verloopt en dat er in gesprekken vaak moeizame stiltes vallen. De Boer komt er bekaaid van af in Boer Zoekt Vrouw. Bovendien presenteert Yvon J. zich als het bovenmatig zonnige zonnetje in huis, de praatgrage, bemoeierige tante die lastige vragen stelt als 'hoe voel je je daarbij, Henk?' En passant probeert ze reclame te maken voor haar eigen servies- en regenlaarzen-lijn, want commercieel is ze zeker geworden, over de jaren.][zeg maar niks, ik zit gewoon weer voor de tv hoor, als het zover is]

Dus Gerrit beantwoordt bij zijn muntthee in het filmmuseum geduldig al mijn onnozele stadse meisjes-vragen over het boerenbedrijf. Van Amsterdam verplaatst het gesprek zich dan ook snel weer naar de boerderij in de polder.

De pompoenoogst staat voor de deur en op de boerderij moeten even tweehonderdtwintigduizendvierhonderdeneenenzestig oranje & groene exemplaren in kistjes gestopt worden (ongeveer, hij heeft ze geloof ik niet geteld). Daar zijn boer Gerrit en zijn medewerkers, plus de seizoensarbeiders, toch een aantal weken mee bezig. Het is van een omvang waar ik vrijwel nooit bij stil sta. Natuurlijk, alles wat ik bij Albert Heijn koop komt uiteindelijk van iemands land af, dat weet ik ergens ver in mijn achterhoofd ook wel. Maar toch.

Gerrit is een vriendelijke, bedachtzame man. Hij lijkt er wel lol in te hebben om met een volslagen onbekende vrouw -zonder noemenswaardige kennis van het boerenleven- in Amsterdam een kopje thee te drinken. Een Anna met rijke fantasie ook nog, heeft hij weer, die hem zonder schroom publiekelijk voor mogelijk kettingzaagmoordenaar verslijt. Het lijkt hem niet echt te deren.

Als mens beantwoordt hij, for the record, gelukkig niet aan mijn cliché-beeld van de stereotype boer. Het is een beeld wat ik toch al met al niet hoog hield, maar het sluimert ergens. Ik denk echter dat het in geval van 'foute man met overall en klompen zonder zelfinzicht en algemene ontwikkeling en met voorkeur voor heel veel bier en opgevoerde brommers' om te beginnen al niet tot een ontmoeting gekomen zou zijn. Noem het intuïtie.

Ik ontkom ergens niet aan vooroordelen wanneer we bij het Centraal Station lopen:

Ik opper dat hij Amsterdam wel druk zal vinden.

Ook dat valt mee, blijkt, al lijkt het wonen in een appartement met zesendertig overburen hem wat beklemmend. 

Onze levens zijn zeer verschillend, maar dat staat een goed gesprek niet in de weg - integendeel juist. Deze niet zo'n date was een aangename ontmoeting.

En vriendlief Abe? Zen als hij is, vindt hij afspreken met andere mannen of vrouwen geen probleem. Zolang het maar niet zo'n date is. Vrienden heb je nooit genoeg, voor echt goede vrienden is altijd ruimte. Ik had wel nog overwogen om Abe te vragen aan het tafeltje naast mij en boer Gerrit plaats te nemen, die zou hem immers toch niet herkennen, maar dat zou raar zijn.

Op zijn minst.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Schrijf hier iets, als je daar zin in hebt!